Ons belastingstelsel bestaat uit box 1, box 2 en box 3. Wat is het en waarom is het goed om te weten wat het verschil is tussen box 1, box 2 en box 3? In deze blog geef ik een uitleg.
Verschil box 1, 2 en 3
Wij hebben voor de berekening van de te betalen belasting inkomsten en vermogen opgedeeld in 3 boxen. Box 1 is het inkomen uit werk en woning. In box 2 is het inkomen uit aanmerkelijk belang en box 3 is het inkomen uit sparen en beleggen.
Box 1 inkomen uit werk en woning
In box 1 betaal je belasting over je inkomen uit werk en woning. Inkomsten uit werk is bijvoorbeeld je loon dat je verdiend als werknemer. In box 1 zit ook de winst die je als zzp’er verdient. De eigen woning zit ook in box 1. De waarde van je woning is belast (eigen woning forfait) en de hypotheekrente is aftrekbaar in box 1.
Over je inkomen tot € 73.071,- betaal je 36,93% belasting. Over het meerdere betaal je 49,5% belasting.
Vanaf je AOW-leeftijd betaal je minder belasting. Over je inkomen tot € 37.149,- betaal je dan 19,03% belasting (in plaats van 36,93% als je jonger bent). Over je inkomen tussen € 37.149,- en € 73.071,- betaal je 36,93% belasting. En over het meerdere betaal je 49,5% belasting.
Box 2 inkomen uit aanmerkelijk belang
In box 2 zit het inkomen uit aanmerkelijk belang. Dit geldt voor wanneer je werkt in je eigen BV. Van een aanmerkelijk belang is sprake als je meer dan 5% van de aandelen bezit. Voordelen uit dat bezit, zoals een dividenduitkering of verkoopwinst van je aandelen zijn belast in box 2.
Het tarief in box 2 is 26,9%
Box 3 inkomen uit sparen en beleggen
In box 3 worden je inkomsten uit sparen en beleggen belast. Dat zijn niet de werkelijke inkomsten, maar fictief. Er wordt uitgegaan van een rendement van 0,36% op je bank en spaartegoeden en 6,17% op je beleggingen en andere bezittingen. Over het rendement betaal je belasting. Het tarief in box 3 is 32% en zal de komende jaren stijgen naar 34%.
Wat is het verschil tussen box 1, box 2 en box 3 voor je pensioen?
Er zijn verschillende manieren om te sparen voor je oude dag. Zo kun je een lijfrente afsluiten. De premie is aftrekbaar in box 1 en straks zijn de uitkeringen ook belast in box 1. Zoals je ziet is het tarief na pensionering lager, dus op die manier is er een belastingvoordeel te behalen. Ook telt je lijfrente niet mee in box 3.
Lees ook:
Lijfrente of sparen – een berekening
Je kunt ook sparen in box 2 wanneer je werkt vanuit je eigen BV. De winst in je onderneming haal je er niet uit en die keer je te zijner tijd uit als dividend. Het tarief in box 2 is laag, zeker als je dat vergelijkt met box 1. Maar vergeet niet dat je voordat je dividend kunt laten uitkeren, je eerst vennootschapsbelasting moet betalen over je winst. Dus combineer de tarieven.
Wanneer je spaart in box 3, ben je het meest flexibel. Maar je spaart netto geld dat je eerst via box 1 of box 2 aan jezelf hebt laten uitkeren. Daar is al belasting over betaald. Vervolgens betaal je jaarlijks belasting in box 3. Dat kan oplopen tot meer dan 2% per jaar over je totale vermogen.
Foto: Polina Tinkilevitch – Pexels.com
Jan is senior pensioenadviseur en partner bij &Gommer Pensions Group en heeft meer dan 25 jaar ervaring in pensioenadvies. Hij is in staat complexe pensioenvraagstukken terug te brengen naar de kern, pragmatisch op te lossen en op een begrijpelijke manier te communiceren.
Pensioen is belangrijk en moet goed geregeld zijn. Maar je moet niet doorslaan aldus Jan: “Ik zie dat een hele grote groep mensen hun wensen en dromen uitstelt tot na hun pensioen en tot die tijd de dagen aftellen. Een goede pensioenregeling is belangrijk, maar wanneer je mensen vergeten in het nu te leven, dan moet je echt ingrijpen”.